Champagne

 

 

Champagne AOC

 

De champagne regio bezit 35.000 hectare aan wijngaarden 2/3 van de wijngaarden liggen in de subregio Vallee de la Marne en bezit sinds het jaar 1936 een AOC

Iedere champagne is een blend van wijn uit meerdere wijngaarden van verschillende jaren en cru's. Zo kan een huis steeds eenzelfde kwaliteit en eenzelfde smaak blijven leveren er word dus geen jaargang vermeld op het etiket.

Champagnes gemaakt van most uit één bepaald jaar dragen de naam Millésime gemaakt in goede oogstjaren.

Rode wijn uit de Champagnestreek draagt de naam 'coteaux-champenois' en word tevens gebruikt om roséchampagne zijn roze kleur te geven, de wijnen dragen sinds 1974 het AOC-label.

Wijnboeren en huizen werken nauw samen binnen het Comité Champagne, een semi-overheidsorgaan. Het Comité is in 1941 opgericht door de Franse overheid om de gemeenschappelijke belangen te behartigen. 

 

Er zijn 7 druivenrassen toegestaan in de AOC opgesteld,

3 daarvan worden het meest gebruikt. 

Meest gebruikte witte druivenras:

  • Chardonnay

Meest gebruikte blauwe druivenrassen:

  • Pinot Meunier
  • Pinot Noir

Minder vaak gebruikte rassen:

  • Pinot Blanc
  • Arbane
  • Petit Meslier
  • Pinot Gris

Voor de productie van een fles champagne is ongeveer 1,3 kilogram druiven nodig.

 

hoe word Champagne gemaakt?

 

Als de druifjes geoogst zijn worden ze direct geperst net als de productie methode van witte wijn, nu hebben we druivensap zonder alcohol dat heet 'most' vervolgens in grote roestvrijstalen tanks word gepompt.

In de weken na de oogst vindt de alcoholische gisting plaats wat gebeurd bij een temperatuur van 18 tot 20 graden dit duurt ongeveer tien dagen. 

De laatste maanden van het jaar en de eerste maanden van het nieuwe jaar rust rijpt de jonge wijn in roestvrijstalen tanks of bijvoorbeeld eikenhouten vaten. Soms word de 'Malolactische' gisting toegepast, het laten omzetten van de aanwezige appelzuren naar de melkzuren dat uiteindelijk een romige smaak geeft aan de champagne, dit ligt aan de stijl van het champagne huis.

 

In het voorjaar na de oogst begint de bereiding van de champagne, verschillende wijnen uit verschillende oogstjaren worden geassembleerd (gemengd) tot één 'Cuvée' (vat) en worden daarna gebotteld voordat de fles met een tijdelijke kroonkurk wordt afgesloten er word vervolgens een 'Likeur de tirage' toegevoegd, een mengsel van suiker, wijn en gist.

Binnen acht tot tien weken voltrekt zich de 'Prise de mousse' oftewel de gisting op de fles, in de fles heeft zich koolzuur gevormd, de gistcellen sterven en zullen in meer dan een jaar smaak af gaan geven aan de champagne dit heet 'Sur lattes' (op de gist in de fles) een champagne zonder jaartal moet minstens 15 maanden rijpen.

De flessen hangen schuin in 'Pupitres' (een automatisch wijnrek in de vorm van een kubus dat regelmatig draait zodat de dode gistcellen (lies) zich naar de hals bewegen dit heet 'Remuage'

Dit gebeurd ook met de hand, de champagneflessen hangen dan in (houten) wijnrekken.

Wanneer de restanten van de dode gistcellen (lies) zich opgehoopt hebben in de hals van de fles volgt het 'Degorgement' waarbij de halzen van de fles worden bevroren in een pekelbad, door de druk van het koolzuur wordt de ijsprop met de dode lies eruit geschoten.

 

Als laatst word de wijn aangevuld met 'Liqeur de d'expédition' een met suiker gemengde wijn waarmee de flessen vóór afsluiting met de definitieve kurk worden bijgevuld, hoe meer liqueur er is toegevoegd, hoe zoeter de champagne.

Zonder toevoeging van suiker heet 'Brut Nature'